Beschouwingen VVD Kadernota 2014

Meer samenleving, minder overheid – participatiemaatschappij - de burger centraal - samenwerken met inwoners en ondernemers: allemaal mooie woorden waarmee wordt aangegeven dat de gemeente in de toekomst anders wil gaan werken. De gemeente wil meer verantwoordelijkheid geven aan inwoners en ondernemers.
Dat vraagt echter dat de gemeentelijke overheid zich anders opstelt naar haar inwoners. Een opstelling waarbij betrokkenen de ruimte krijgen om mee te denken, mee te doen en in sommige gevallen ook mee te beslissen. Een opstelling waaruit blijkt dat het erg belangrijk is om goed en open te communiceren met inwoners, ondernemers en instellingen.

De VVD vindt dit niet terug in de Kadernota. In tegendeel: uit de Kadernota blijkt dat het college vindt dat zij zelf wel kan bepalen wat goed is voor de Veerse maatschappij.
 Met stip op 1: de extra verhoging van de toeristenbelasting met € 0,10. Zonder enige vorm van overleg met de toeristische sector heeft het college dit vastgesteld. De sector is, terecht, verbolgen over deze manier van niet-communiceren. Gevolg: een ernstig verstoorde verhouding met de toeristische sector.
 “De ondernemersmanager stopt in 2018”(blz. 14), zo schrijft het college. Geen discussie meer mogelijk blijkbaar. Het project ondernemersmanager is echter een gezamenlijk project van de FOV en de gemeente, dus logischerwijs vindt er eerst overleg met de FOV plaats. Voor de VVD blijft het uitgangspunt dat de functie van ondernemersmanager gecontinueerd wordt zolang er sprake is van toegevoegde waarde. 
 Bij de voortzetting van de privatiseringsovereenkomsten met de voetbalverenigingen wilt u andere afspraken gaan maken over het veldonderhoud. Veel voetbalverenigingen zullen onaangenaam verrast zijn door deze mededeling. Zij dachten houvast te hebben aan de (vaak moeizaam tot stand gekomen) overeenkomsten, waarbij voor sommige verenigingen de inkt van de handtekeningen nog maar amper droog is.
 Het college wil de stallingsmogelijkheden voor fietsen verruimen. “Deze kosten dekken we uit het budget toeristische impuls” schrijft u. Maar u ging de invulling van het budget toeristische impuls toch invullen in overleg met de toeristische sector? Dat lijkt op deze manier ook een loze belofte.

De VVD concludeert dan ook dat de wijze waarop het college zich nu opstelt niet spoort met wat er in het coalitieprogramma staat namelijk dat er aan de voorkant pro-actief geïnvesteerd zal worden in communicatie en participatie.
Kenmerk van communicatie is dat het een tweezijdig proces is. Willen we echt aan de slag met meer samenleving – minder overheid, dan is een eerste vereiste dat er met elkaar wordt overlegd. Dat is echt heel wat anders dan het doen van mededelingen.

We gaan nader in op een aantal andere zaken uit de Kadernota:

Parkeren: in december is het parkeerbeleid geëvalueerd en zijn er afspraken gemaakt. Blijkens de kadernota wil het college opnieuw de tarieven fors verhogen met 10% en op meer terreinen betaald parkeren invoeren. De VVD vindt het belangrijk om vast te houden aan de uitgangspunten van het huidige parkeerbeleid namelijk betaald parkeren alleen daar waar het nodig is om het parkeren te reguleren en aan de rand van de kern de mogelijkheid om gratis te parkeren. In onze ogen ziet het college betaald parkeren – net als de toeristenbelasting – meer en meer alleen als een geldmachine.
Het college rekent nu voor parkeren op € 150.000 aan extra inkomsten. En dat terwijl nog niet bekend is wat de werkelijke resultaten zijn van de laatste verhoging. In de afgelopen jaren is gebleken dat de ingeboekte meeropbrengsten jaar op jaar niet gehaald worden. Ook is nog niet bekend wat de ontwikkeling is m.b.t. kosten en inkomsten van de waterschapsterreinen.

RUD: Bedoeling is dat de bijdrage voor de RUD voortaan bepaald wordt op basis van P x Q (prijs x hoeveelheid). Het college verwacht dat dit extra kosten betekent voor de gemeente Veere omdat de inputkwaliteit voor deze milieutaken laag is in verhouding tot landelijke maatstaven. Dat verontrust ons. De VVD vindt dat het de gemeenteraad, en niet de RUD, is die bepaalt wat het na te streven kwaliteitsniveau is. Aangezien dit direct leidt tot financiële consequenties voor de gemeente Veere.

Toeristenbelasting. Zoals bekend is de VVD tegen de extra verhoging van
€ 0,10 voor de toeristenbelasting. De VVD vindt dat er bij het invullen van de bezuinigingen te gemakkelijk is gekozen voor verhoging van de toeristenbelasting. Het lijkt zo vanzelfsprekend dat er in Veere 3,8 miljoen overnachtingen plaatsvinden en er daardoor 4,2 miljoen toeristenbelasting naar de gemeentekas vloeit.
Maar campingeigenaren, hoteliers en verhuurders van vakantieaccommodaties moeten zich elk jaar flink inspannen om hun bezetting en dus hun omzet op peil te houden. Van recreatie-ondernemers horen wij dat zij zeer terughoudend zijn in het verhogen c.q. indexeren van hun tarieven. Consumenten zijn kritisch en houden de hand op de knip. Uit recente cijfers van het Kenniscentrum toerisme blijkt dat de gemiddelde besteding van Nederlandse toeristen is gedaald van
€ 31,60 in 2012 naar € 29,40 in 2013.
Maar deze gegevens heeft het college blijkbaar niet meegenomen in haar overwegingen want, als de plannen van het college doorgaan, dan stijgt het tarief voor de toeristenbelasting in 4 jaar tijd met 25%!
De FOV heeft de gemeenteraad een voorstel gedaan om uit de impasse te komen, namelijk afzien van een autonome verhoging van € 0,10, de trendmatige verhoging van € 0,05 één jaar naar voren halen en in 2015 geen budget toeristische impuls van € 200.000.
Aangezien er op dit moment nog € 90.000 beschikbaar is van het budget toeristische impuls uit 2013, moet dit geen probleem zijn.
De VVD ondersteunt het voorstel van de FOV en dient hiervoor een motie in.


- Een belangrijk punt voor de VVD is het zo laag mogelijk houden van de lokale belastingen. Uitgangspunt voor de VVD is: maximaal verhogen met het inflatiepercentage. Het tarief voor de OZB verhogen met 1,4% vinden we acceptabel.


Dat ligt anders voor de tarieven voor afvalstoffenheffing en rioolheffing. De dekking voor 2013 voor de afvalstoffenheffing was afgerond 100% (99,65%) en in 2012 zelfs 105%. Aangezien de egalisatiereserve afvalstoffenheffing door diverse meevallers eind 2014 uitkomt op € 1,3 miljoen, vinden wij het gerechtvaardigd om de afvalstoffenheffing in 2015 niet te indexeren. Bovendien is de verwachting dat de kosten voor afvalverwerking in de komende jaren fors lager worden omdat er sprake is van een grote overcapaciteit op de Nederlandse markt voor afvalverwerking. Wij dienen hiervoor een motie in.

Het college wil de rioolheffing verhogen met 4%, dit is 2,6% extra bovenop de inflatie. In de afgelopen jaren is gebleken dat de lasten voor de riolering vaak veel lager uitkwamen dan begroot. Ook voor de rioolheffing was de dekking in 2013 100%. Aangezien er in de egalisatiereserve eind 2014 € 170.000 beschikbaar is stelt de VVD voor om de rioolheffing alleen te indexeren met de inflatie namelijk 1,4%.

Het college is voornemens om ook de bouwleges te verhogen van 1,85% naar 2%. Dat lijkt niet veel, maar het is een procentuele verhoging met 8%! En in 2012 zijn de leges al fors verhoogd. Wij vinden het ongepast om de bouwleges opnieuw fors te verhogen, juist nu de bouw weer wat lijkt aan te trekken. Wij stellen daarom voor om de leges voor het aanvragen van omgevingsvergunningen niet te verhogen. Ook hier dienen wij een motie voor in. Als dekking stellen we voor om het budget voor handhaving niet te verhogen. Wij zien namelijk momenteel geen noodzaak om hier extra geld voor uit te trekken.

U vraagt ook nog om een suggestie voor de invulling van het tekort van
€ 268.000 dat optreedt als gevolg van de mei-circulaire. Wat de VVD betreft kan dit opgelost worden door het tekort Hof Domburg af te boeken. 

Samen met inwoners en ondernemers werken aan de leefbaarheid in de kernen vindt de VVD een belangrijk doel voor de komende jaren. We zien dat in navolging van Vrouwenpolder en Oostkapelle ook andere kernen starten met het opstellen van een dorpsplan. Uw voorstel om in 2016 en 2017 2 x € 250.000 in te zetten voor leefbaarheid ondersteunen we, omdat hiermee geld beschikbaar komt om in te spelen op de wensen vanuit de kernen.

Tot slot: meer samenleving – minder overheid: we zeggen het wel maar het besef dat daardoor ook de rol van het college, van de raad en van de gemeentelijke overheid verandert is er nog niet. Daar moet nog hard aan gewerkt worden. Wij verwachten inzet van de maatschappij, maar de maatschappij verwacht ook iets van ons.
Niet betuttelen en opleggen. Niet zorgen voor, maar zorgen dat.
Het begint in ieder geval met communiceren – écht communiceren - met inwoners en ondernemers, met empathie èn inlevingsvermogen.